Een halve eeuw hij dezelfde firma, Jouke Brouwer.
Jouke Brouwer te Lemmer vijftig jaar werkzaam bij zeilmakerij de Vries.

Jouke Brouwer
In het jaar 1901 werkte de 13-jarige Jouke Brouwer, te Lemmer in een touwslagerij. Evenals wijlen Michiel de Ruyter, draaide ook kleine Jouke urenlang aan het grote wiel, welke bezigheid met zeven stuivers per week werd gehonoreerd. Op de zeilmakerij van de Fa M. F. de Vries, had men destijds een flinke jongen nodig, omdat één van de knechts onder dienst moest.
Een broer van Jouke was nogal bevriend met de baas en vooral daardoor kwam hij op de zeilmakerij terecht. Om precies te zijn op de 14de October 1901. Het was net, of hij een Rijksbetrekking kreeg, want bij de nieuwe baas zou hij honderd hele centen per week verdienen.
Werkelijk, zei Brouwer, toen we even bij hem aanliepen en een praatje maakten, voor mij was het destijds een buitenkansje, want als jongen van dertien jaar zou ik een hele gulden per week verdienen en dat was in die tijd geen kleinigheid. Ik was nog geen elf jaar, toen ik al in een touwslagerij moest werken, eerst alleen in de morgenuren en later de hele dag. Zeven stuivers per week verdiende ik toen. Daarom was ik zo blij met mijn nieuwe betrekking.
Ja, vijftig jaar heb ik daar straks gewerkt, maar ik vind het niet nodig om er veel drukte van te maken. Elk mens moet aanpakken en wij leerden al jong de handen uit de mouwen te steken. Dat ik nu toevallig vijftig jaar zeilmaker ben is zo'n grote verdienste niet.
Toen we echter over zijn werk begonnen, raakte Brouwer toch op zijn praatstoel. Als duvelstoejager was hij in 1901 op de zeilmakerij begonnen, maar met het verstrijken der jaren kreeg hij zijn moeilijk werk geheel onder de knie.
In het begin van deze eeuw, vertelde onze gastheer, waren onze vissersvloot, de tjalken van de binnenvaart en zeeschepen als schoeners en klippers onze klanten. En wat voor klanten! Ieder, die wel eens een tekening van zon schoener heeft gezien, zal het grote aantal zeilen zijn opgevallen, dat zo'n schip bezat.
Wat had je toen een prachtige schuiten. Slanke klippers, die tientallen vierkante meters zeildoek voerden en meteen stijve bries, schuin op één boeg liggend door de golven bruisten. En het zee volk, zo lenig als acrobaten, vlóóg op de commando's van de bootslui het want in.
Dat heb ik vaak gezien, vertelde Brouwer verder, want destijds moesten we dikwijls naar Hasselt, Amsterdam of Rotterdam, om nieuwe schepen op te tuigen. Zwaar en verantwoordelijk werk was dat, want ook tegen harde wind en stormen moest het zeildoek klippers en schoeners bestand zijn. Toch betekenden die reizen 'n welkome onderbreking in het dagelijks bestaan. Maar zwaar werk was het zeker, net als het tanen van zeildoek.
Toch mocht ik nooit klagen, want werkeloosheid heb ik gelukkig niet gekend. Mijn loon — elf centen per uur, bij werktijden van 's morgens vijf tot 's avonds zeven uur — was voor die tijd niet slecht. En dat je ook Zaterdagsmiddags, werkte was heel gewoon. Wat dat betreft, vond onze gastheer, is er heel veel ten goede veranderd.
Werkelijk slechte tijden maakte Brouwer mee, toen hij in de eerste wereldoorlog als landstormer onder de wapens werd geroepen. Zijn vrouw en twee kinderen ontvingen destijds één gulden per week ondersteuning. In de winter kwam daar dan nog tien cent voor de brandstof bij.
Met het voortschrijden der techniek verdwenen klippers en schoeners van de wereldzeeën en allengs ook de tjalken uit de binnenwateren. Het afzetgebied van de zeilmakerij veranderde, doch ook het werk werd lichter. Rond 1930 deden de zig-zag naaimachines hun intrede.
Tegenwoordig maakt men zeilen voor jachten, regenbogen, Valken enz. maar ook dekkleden, markiezen en fietstassen. Ook in het buitenland zitten de klanten.
Of Brouwer nu, na een halve eeuw van arbeid gaat rusten? "De pinsjoenen bin'leech en it libben is djûr. Ik leau, dat ik mar hwat trochpiele moat". De nescheiden Lemster, die men zijn 63 jaren nog niet aanziet en die van zijn jubileum niet veel drukte wil hebben, zal desondanks de 14de Oktober menig gelukwens in ontvangst moeten nemen dunkt ons.
En terecht....
Bron: HEERENVEENSE KOERIER, 13 October 1951.
De taanderij van M. de Vries te Lemmer
Taanketel van M.F. de Vries.
Rechts is het pand van Zeilmakerij M.F. de Vries te zien
Reactie plaatsen
Reacties