Levensverhaal van Cornelis Visser (Cor Panne): 1956

En zo wordt het 1956. Een voor Lemmer, maar ook voor mij belangrijk jaar. Lemmer bouwt aan zijn toekomst en ik trek de wijde wereld in.

Uit Leeuwarder Courant

Ja, dat liegt er niet om voor Lemmer, maar eerst wordt het nog bar winters, halverwege januari begint het te sneeuwen en op 30 januari kan er door sneeuwstormen geen busvervoer plaats vinden. Nou dat vond ik niet zo erg, want mijn broers Sake en Jelle waren wel bereid om voor mij een fijne sneeuwhut te bouwen bij ons in de tuin.

Zo maakte ik ditmaal wel wat bewuster een pittige winter mee, na de vorige toen ik nog grotendeels alleen maar in mijn wieg lag. In februari werd er zelfs door enkele waaghalzen van Urk naar Lemmer geschaatst over het IJsselmeer. De meesten bleven bij het strand van Lemmer. In de nacht van 24 op 25 februari vroor het ’s nachts nog 14 graden. Zo kon er natuurlijk weinig in de bouw gewerkt worden.

Met Jelle en Sake in de tuin.

En er werd hard gewerkt aan een gebouw waar ik menig uurtje van mijn leven door zou gaan brengen. De nieuwe openbare ULO aan de Zuiderzeestraat cq. Flevostraat, met daar aan vast een gymzaal met daarboven een Badlokaal. Ja, dat klinkt tegenwoordig vreemd, maar in de jaren 50 hadden de meeste huishoudens geen eigen wasgelegenheid en moest er dus gedoucht en gewassen worden in een badlokaal. Uiteraard wel tegen een kleine vergoeding. Dit was boven de gymzaal. Je kon er komen via een stenen trap die buitenom boven de ingang van de gymzaal liep. Dit alles bevond zich in de “buurt” waar ik zou gaan opgroeien, maar daar had ik toen in de sneeuw nog geen weet van.

Openbare Mulo.

Gelukkig werd het weer beter en kon er niet alleen met het werk verder worden gegaan, maar kon ik ook vaker met dees en geen op pad. Naar mijn oom en tante de Wreede, Sjoerd en Mette die in de Jacobs van Heemskerkstraat woonden. Ze hielden duiven en op de foto sta ik voor het duivenhok met Oate en mijn neef Bauke. Zij hadden verder nog drie dochters. (Corrie, Roelie en Fransje). Omke Sjoerd was bakker.

Met Oate Roelofje en Bauke de Wreede.

In juni is men dan begonnen met de uitvoering van de herinrichting van het centrum van de Lemmer. De Vissersburen kan men inmiddels via een opgeworpen dam oversteken en er komt dus schot in de zaak. Om e.e.a. om te zetten van een vissersdorp in een industrie dorp, zijn woningen nodig, niet alleen voor de nieuw aan te trekken arbeiders, maar ook voor de Lemsters zelf, die wel willen blijven, maar dan wel met een goed dak boven hun hoofd. Dit speelt eigenlijk aan twee kanten voor mij mee.

Mijn vader leeft ook van de visserij en hoe lang dus nog en onze woning is eigenlijk te klein voor een gezin met 5 kinderen. De Lemsterraad doet dan ook in juni ernstige pogingen, zoals de Leeuwarder Courant schrijft, om te komen tot de bouw van 15 woningwet woningen en vijftig houtrijke (Martens-) woningen. En die gaan er komen, want dat wordt mijn nieuwe thuis. Op 4 juli werd in een spoedvergadering besloten tot goedkeuring van de bouw.

Maar eerst wordt het zomer. Ik mag mee naar het grote strand van Lemmer. Dat begon destijds al bij de dam waar de vuurtoren op stond en verder, water zover je kon zien als kleine knaap. De Noordoostpolder dijk? Wat was dat? Nee op mooie dagen was het druk op het strand en ik mocht al pootje baden.

Met Wiesje Beersma op het strand.

Natuurlijk was er meer te zien in Lemmer. Pake en Beppe lagen weer eens met het skûtsje in Lemmer en ook daar mocht ik mee naar toe. Ze lagen toen nog in de Rien, doch de doorgang van Tjeukemeer via de Rien naar IJsselmeer of de Zijlroede was inmiddels verbroken. Om van Lemmer naar het Tjeukemeer te varen, moest je nu via Follega en dat was toch mooi een eindje om.

Bij Pake en Beppe op skûtsje in de Rien

Zo krijgen we de zomer wel om en op 12 september kan de Leeuwarder Courant melden dat: “het verkeer van Sneek naar de Noordoostpolder behoeft nu niet meer van de Nieuwburen de slinger over de Truitjezijlbrug te maken, maar schiet over de gedempte Vissersburen direct de Schans in”.

Dat betekent dus dat de werkzaamheden gestaag beginnen te vorderen. Ik moet eerlijk bekennen dat ik daar zelf weinig tot niets van heb meegekregen. Maar op latere leeftijd hoor je de verhalen over de Vissersburen en lees je boeken en zie je de foto’s. Vandaar dat ik dat ook maar mee neem in mijn verhaal, het speelt ten slotte in “mijn tijd”.

Opspuiten Vissersburen.

Het gaat dan al aardig richting het einde van het jaar. Nog in dit jaar en wel in november wordt er besloten om terreinen klaar te maken voor industrie aan de Werkhaven te Lemmer, hier staan een scheepswerf en een loswal gepland. Zaken die ik in mijn verder leven ook weer tegen zal komen. Ook wordt gestart met het maken van de Riensluis en in december wordt al de stalen damwand aangebracht.

Maar december is voor mij natuurlijk van een geheel andere orde. Ik word immers weer een jaartje ouder. En er wordt dan ook besloten dat ik op mijn verjaardag maar eens op een professionele foto moet.

Cornelis 2e verjaardag.

Nu daar werd dan ook een hele serie van gemaakt, maar dat stoorde mij ontzettend in mijn spel met de voor mijn verjaardag nieuw ontvangen cadeaus. Zodat ik er niet altijd even vrolijk opstond. De fotograaf vond dat blijkbaar zo grappig dat hij mijn foto opstuurde naar de “Margriet” en dat deze ook nog geplaatst werd, bewijst het door mijn moeder uitgeknipte stukje. Zo is er weer een jaar voorbij.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.