Vader Sake, zijn levensverhaal (1)

Op de foto zien we van links naar rechts: Jilling Kingma (Het Lange Lint) Klaas Wouda, Jan Atsma, visrokersknecht, Evert de Vries, kijk hoe leuk Evert met zijn hand op mijn vaders hoofd staat; Jan Visser, visser; Jan Duim, Sake Visser (Reade Sake) visrokersknecht. Op de brug, achter Klaas Wouda, Maarten Kokje, postbode.

De speech van mijn vader Sake tijdens het kampioenschap van het Lemster-skûtsje.

Hallo Spanvis,

Een poosje geleden hebben we het gehad over de opnamen die er zijn gemaakt bij de huldiging van het Lemster Skûtsje in 1986. Ik heb toen gezegd dat ik zou proberen dat stukje van de huldiging waarop Sake Visser de hem beloofde fiets krijgt aangeboden op DVD over te zetten. Dat is ondertussen gelukt, mede met hulp van Ralf de Vries. De kwaliteit is natuurlijk niet heel erg geweldig, want het is wel een video opname uit 1986, maar er is goed naar te kijken. Gr. Marten de Vries (en met dank aan Ralf de Vries).

noot Roelie: De opnamen kon ik niet op de (oude) site krijgen daar hij 150mb was, comprimeren lukte ons niet. Vandaar ik er onderstaande opnames van heb gemaakt. De speech is schriftelijk overgenomen. Marten en Ralf heel hartelijk bedankt, ik kan er thuis heerlijk van genieten van de oude baas. Roelie Spanjaard Visser (spanvis)

"Ik zal het dames en Heren hier tot U spreken, "een Oud Lemster" (in de zaal spontaan heu heu en geklap) al of niet wonende in Heerenveen, maar mijn hart is elke dag en nacht bij Lemmer (heu heu en geklap) Daarmee zeg ik jullie op hartelijkheid en eerlijkheid rond uit mijn hart, ik leef met jullie Lemsters mee, en met het Lemsterskûtsje. En ik heb voorspeld het Lemsterskûtsje word kampioen.

Toen zaten wij met een gezellig ploegje in Hotel de Wildeman, en toen heeft een Lemster inwoner Abraham de Jong (bijgenaamd Bram Teut) gezegd, "Sake, ik heb je op een oude racefiets in Lemmer gezien, maar als het Lemsterskûtsje kampioen word, mag je de allerduurste racefiets uitzoeken. Deze persoon Abraham de Jong heeft woord gehouden en ik mocht een fiets uitzoeken bij rijwielhandel van Dijken in de Lemmer. Hiermee zal de wielerronde van Lemmer geopend worden, ik dank U allen hartelijk".

Op de 4e foto: Sake achter de microfoon, burgemeester Eijgelaar en Wiebren Luehof.

Sake ging altijd sigarenbandjes zoeken met Roelie in Amsterdam, ze sneupten alle straten af, de bandjes werden toen nog op straat gegooid, en werden dan thuis in de albums geplakt.

 

 

Ook zong hij graag zijn favoriete lied "Nella was een boeredeerne"
Links onder op de foto, zien we zijn lievelingsbroer Andries Visser (panne)

Een liedje vol herinneringen (op verzoek voor jou Roelie Spanjaard-Visser)

Posted by Hendrik Bootsma on Sunday, November 20, 2016

LC-8 augustus 1988 -Duizenden genieten van Engelse aanval op Lemmer.

Gedenksteen 100 jaar Lemster sluis onthuld.

LEMMER - Lemmer heeft zaterdag het honderdjarig bestaan van de voormalige zeesluis in het dorp op grootse wijze gevierd. Enkele duizenden mensen genoten van de beschieting van het dorp door de ’Engelsen’ die uiteindelijk zoals ook al in 1799 was gebeurd in de strijd met de Lemster krijgsmacht het onderspit moest delven.

Later stonden de strijdende partijen weer broederlijk bijeen toen burgemeester Geert Eijgelaar van Lemsterland het herdenkingsfeest een officieel tintje gaf en de gedenksteen in de sluismuur onthulde. Er heerst ’s morgens half elf al een aardige drukte in het dorp als de 75-jange dorpsomroeper Sake Visser ('Reade Sake' zeggen ze in Lemmer) tezamen met een tamboer van de Sloter schutterij door Lemmer trekt om kond te doen van de komende gebeurtenissen. "Tooit u zich allemaal uit protest tegen de Engelse aanval met oranjewimpels en strikken roept hij". Er zal echter meer nodig zijn de vijand tegen te houden weet de goedgeluimde dorpsomroeper die daarom op eigen initiatief van de reclame tekst afwijkt en zijn proclamatie boodschap afsluit met de sinds enkele weken populaire kreet ’Aanvallen'. Het publiek kan Sake’s optreden wel waarderen.

Als 's middags om een uur Engelse oorlogsschepen voor de Lemster kust worden gesignaleerd en er middels het luiden van de kerkklokken groot alarm wordt geslagen omzomen al enkele duizenden belangstellenden de sluiskolk en het water van de Binnenhaven. Ondanks Sake’s oproep hebben niet oranjegekleurde wimpels en strikken de overhand maar is het vooral luchtige kledij wat de klok slaat.

Spreekstalmeester Alfred Knorr, heeft het publiek nog maar net op de hoogte gebracht van de dingen die komen gaan of kanongebulder verraadt, dat de Engelsen in aantocht zijn. Terwijl de Lemsters, die evenals de Engelsen in authentieke kledij van een paar eeuwen geleden zijn gestoken, op de kop van de sluis een kanon in stelling brengen en terugschieten, kunnen zij niet verhinderen, dat de oorlogszuchtige Engelsen de sluisdeuren rammen. Twee van hen klimmen op de sluisknechtswoning en verruilen de Nederlandse driekleur voor de Engelse vlag.

De Lemster kanonniers, zijn dan al tussen het publiek gevlucht. In een enorme rookwolk en onder oorverdovend geknal varen de Engelsen in werkelijkheid leden van de vereniging ’1 April’ uit Brielle met hun Prince Admirael, de sluis in. Hoewel je zou verwachten dat al deze herrie de aandacht van een ieder opeist, stoort de tweekoppige bemanning van het Friese statenjacht Friso, dat afgemeerd ligt aan de kade van de Binnenhaven, zich niet aan de drukte. Haar aanwezigheid wordt pas later op de middag verlangd en vandaar dat beide heren zich in het vooronder van de Friso te goed doen aan een Chinese afhaalmaaltijd en een pijpje pils.

Ondertussen is in de Binnenhaven, de strijd tussen de Engelsen en de Lemsters die geassisteerd worden door de schutterij van Sloten, in volle hevigheid ontbrand. Rookpotten die gekleurde walmen afscheiden, maken het spektakel net echt, terwijl over en weer stukken schuimrubber die kanonskogels moeten verbeelden, worden afgevuurd. Gejuich klinkt op als er enkele krijgers te water raken. Het spiegelgevecht is na een kwartier ten einde als een voltreffer ’treffer’ de vijandige oorlogsbodem raakt. De Engelse kapitein in rook gehuld, laat de witte vlag hijsen ten teken van overgave en wordt met zijn manschappen door de schutterij naar hotel De Wildeman gevoerd.

Na het tekenen van de capitulatie gaat het er in De Wildeman vredelievend aan toe. Maar als Sake Visser zijn kans schoon ziet nogmaals zijn tekst door de zaal te brullen. "It stiet net op papier mar ik mocht der o sa graach ’Aanvallen' efteroan sizze" krijgt hij andermaal de lachers op zijn hand.

Zo is het in 1799, allemaal echt gebeurd, maakt Knorr het publiek wijs. In werkelijkheid ging het er toen allemaal een stuk minder vredelievend aan toe. De Engelsen wisten Lemmer zelfs een aantal weken te bezetten, maar trokken zich uit het dorp terug, toen bekend werd dat de plaats steeds meer ingesloten raakte door Bataafse en Franse troepen, uit Gaasterland Sloten Joure en Kuinre. Ook een groep van 500 burgers en boeren uit Het Bildt, waren gewapend met hooivorken en ander moordlustig materieel naar Lemmer onderweg.

Twee grote kogels in de muur aan de Flevostraatzijde, van het meer dan twee eeuwen oude pakhuis van groenteboer Koop Gaastra herinneren vandaag de dag nog aan de roerige tijden van weleer.

Hier is Koop Gaastra te zien terwijl hij bezig is met het schoonmaken van de gevel van zijn huis. Links is één van de kogels in de muur te zien.

Na de onthulling van de gedenksteen waarbij het Lemster mannenkoor onder andere het Fries volkslied ten gehore brengt, de muziekkorpsen Excelsior en Crescendo acte de présence geven, en honderden duiven worden gelost, gaat het gezelschap aan boord van de verschillende schepen. Daaronder niet alleen het Friese Statenjacht maar ook een aantal Lemsteraken die de Engelse armada moeten uitbeelden. De tocht gaat door de Lemster grachten en eindigt bij het ir Woudagemaal, waar de officiële viering van het eeuwfeest wordt afgesloten.

Op het bordes mijn vader, Sake Visser en de tamboer. Onderste rij tweede van links, Ellen de Zwart (een nicht van mijn man Jan), die ervoor heeft gezorgd dat de LE 28 meedeed, tijdens de 200 jarige herdenking, van de Engelse aanval op Lemmer, en heeft verder de dag van de herdenking mede mee verzorgd. De anderen zijn mij jammer genoeg niet bekend.


Vader vertelde altijd allerlei verhalen, gezegdes en anekdotes uit zijn vroegere jaren uit Lemmer. Hiervan volgen er enkele.

  • Sake zijn dochter Barbara werkte als dienstmeisje bij de notaris in Lemmer. (Die het "SNELLE HERT" als bijnaam had)

Sake moest op een gegeven ogenblik de notaris spreken, en belde aan bij de notaris.

Heel beleefd vroeg hij, "mag ik U man even spreken".
Waarop Mevr, van de notaris riep, "man hier is Rooie Sake voor je".
Waarop Sake terug antwoordde, "wat zullen we nu beleven ! ! !
Ik vraag jou toch ook niet of het "SNELLE HERT" thuis is."

Waarop Mevr, zeer kwaad werd, Sake riep zijn dochter toen, en zei " Ût die skelk, en mei nei hûs ta".
Nee nee zei Mevr, "ik kan het meisje niet missen, er komen gasten"
Waarop Sake zei " wat kunnen mij die gasten schelen, die bedien je zelf maar, en anders laat je het maar doen door het "SNELLE HERT".

Iets anders nog wat met het "SNELLE HERT" te maken had, dat betrof zijn vrouw die het kopje nogal hoog op het nekje had zitten, de welbekende koude kak dus. Mevrouw had voor zichzelf voor hun woning een eigen aanlegplaats aangemeten voor hun boot, toen er tijdens de Lemster-drukte die plek in beslag genomen was, en mevrouw er ook aan kwam, waren de poppetjes aan het dansen, met overslaande stem verzocht zei dat die boot weg moest, want ze wilde pal voor haar deur uit kunnen stappen. De man die er met zijn boot lag werd er niet warm of koud van, en zei "U gaat zolang maar even ergens anders". Mevrouw ontplofte bijna en werd helemaal hysterisch, waarop ze te hulp werd geschoten door een mede opvarende (haar man ?) waarop het toegestroomde volk (die het prachtig vond) naar mijn vader (die er ook bij stond te kijken) begonnen te roepen "Sake gooi die man in 't dok" iets wat typisch bij mijn vader hoorde, en wat hij al een paar keer had gedaan met enkele personen, waaronder een Duitser in de oorlog.


  • Een man had uit armoede, een brood gestolen, hij werd hiervoor naar het Politiebureau gebracht. In diezelfde tijd was er bij de Gemeente iemand die fraude gepleegd had, maar dit werd doodgezwegen. Een sigarenhandelaar, kon zich hier niet in vinden. Hij lag alle pijpen die hij had, in zijn etalage, en schreef op een bord.

Ik heb grote en kleine stelen (waar hij de pijpen mee bedoelde)
Maar groten stelen het meest.
(Dit mocht niet van de Politie, hij schreef toen op een blauw bord.)
Omdat ik de waarheid, niet mag schrijven.
Zal ik de zaak maar blauw blauw laten blijven.
Hadden wij het gedaan, dan hadden we de bajes ingegaan.
Maar nu het een Christelijke jongen is.
Krijgt hij geen straf, dat is gewis


  • Het gezegde "niks hâst âl" is afkomstig van de Moske verver.

Onze Eelke zou musjes flappen. Hij verfde vinkjes, en verkocht deze als kanaries. De mensen in Lemmer zeiden dan tegen elkaar "niks hâst âl" (niks heb je al)


  • Het gezegde "Slat ie verdomd ûs Akke dea", komt van 'Akke' Akke was een huis eend, maar uit armoede moest deze eend geslacht worden.

Maar de broer van ome Herre was niet helemaal goed in zijn hoofd.
En verstopte de eend onder zijn jas.
Daar ging hij toen de kerk mee in, hij dacht dan ben ik veilig....
De dominee zag op een gegeven moment de eend zijn kop, uit de jas steken.
En zei, "Wat hebben we daar nu"
Ach ach zei die broer, "Ûs heit, slat ie verdomd ûs Akke dea"


  • Vader was een mild man, hij kon slecht over negativiteit/oordelen en mocht dan graag iemand een spiegel voorhouden, met de volgende spreuken. Als hij geen mening kon geven, sprak hij deze duidelijk uit.
  1. Wie zijn eigen tuintje wiedt, ziet het onkruid van een ander niet. (=het is beter om energie te steken in het verbeteren van jezelf, dan in het bekritiseren van anderen.)
  2. Het ware te wensen, dat alle mensen, met al hun gebreken, zichzelf eens bekeken, dan zouden ze ’t praten over anderen wel laten.
  3. Wie gebreken ziet aan het mijne,
    Gaat naar huis en bekijkt het zijne.
    En ziet men dááraan geen gebreken,
    Dán kan men gerust van het mijne spreken!

Deze foto mocht ik ontvangen van: Henk Coehoorn 'Sake in Duitsland'.

Henk Coehoorn vertelt: Mijn Vader kent de vader van Roelie, Sake (Reade) Visser, maar al te goed ze hebben samen bij de drumband gezeten en ook samen in Duitsland toen ze voor de arbeids einsatz opgepakt waren. Ik heb je vader ook nog gekend want ik ging als kleine jongen altijd overal mee naar toe. Op een reünie van de drumband heb ik hem nog gezien. "Ik ken haar vader nog als de man met een grote witte baard. Haar vader was een echte prominente Lemster".

Mijn vader heeft overigens nog leuke foto,s waarop hij samen met Henkie Bakker en met jou vader in Lemstervoetbal tenue in Berlijn staan. Ze moesten voetballen omdat er begrijpelijker wijze een gebrek was aan spelers.

Bij het spelen van het Duitse volkslied hebben ze toen nog een keer de schoenen uitgetrokken en hebben het veld verlaten. Na veel vijven en zessen hoefden ze dan niet mee te doen aan de protocollen. Als ze maar gingen voetballen.

Mijn vader vertelde dat Sake Visser al eens een keer opgepakt was toen hij met zijn visserskiel door Berlijn liep. Hij mocht volgens de Duitsers niet met zijn hemd uit de broek lopen. Dit was in die tijd onzedelijk. Het heeft hem toen veel tijd gekost om duidelijk te maken dat het geen onderhemd maar een vissers kiel was.

Nog een anekdote was dat de Duitsers bedacht hadden om voor propaganda doeleinden dwangarbeiders te onderscheiden. Per fabriek werden er ad hoc mensen aangewezen.

In de fabriek waar ze werkten viel het oog op Sake Visser. Deze was helemaal overstuur toen hij het hoorde, en kon niet meer uit zijn woorden komen. In het Fries zei hij toen,

"Hoe kinne se dat nou dwaan? Myn Heit is Communist en myn Mem fan Joadske ôfkomst. Ich wil keine Onderscheiding. Gebensie mir lieber eine Neue Hose".

(Hoe kinne se dat nou dwaan? Myn Heit is Communist en myn Mem fan Joadske ôfkomst. Ik wol gjin ûnderskieding. Jou jo my mar leaver in nije broek).


Reünie oud - Lemsters 1984.

Die morgen, 2 juni 1984, begon voor mij onderweg met een beetje motregen, maar de weergoden waren Lemmer goedgezind. Daar aangekomen was het droog en niet veel later brak de zon door. Sake Visser brak ook door, maar daarover later.

Het samenzijn werd in "De Helling" gehouden op initiatief van de beheerder, de heer Beljon heeft met zijn vrouw en helpers de dag voortreffelijk verzorgd. Toen ik binnenkwam was de oud - Lemster en bekende auteur Pieter Terpstra op gevoelige wijze een gedicht van wijlen Fedde Schurer aan het voor dragen.

Je kunt gerust zeggen dat de zaal bomvol was. En nog beter: de zon was ook in de Helling doorgedrongen, en in de harten van de aanwezigen. Er heerste aanstonds een ongedwongen en vriendelijke atmosfeer. Weer werd bewezen dat de ouder wordende mens, velen met een rijke levenservaring van vreugde en verdriet, een welwillendheid en verdraagzaamheid uitstraalt die weldadig aandoet. Tot mijn verassing was mijn zoon Piet reeds aanwezig, hij wordt ook steeds meer besmet door het Lemster magnetisme.

Goed.. noemen van namen is verder onbegonnen werk, want ook deze keer weet ik niet meer hoeveel handen ik heb gedrukt. Een paar grondige mensen kunnen niet ongenoemd blijven: Evert de Vries en Sake Visser. De laatste was vroeger een jongen die de bezitter was, aan het hoofd zou je kunnen zeggen, van een prachtige kop met krullend rood haar, wat nu door de tand der tijd is verbleekt. Het rood zit nu alleen van binnen als een heilig vuur.... Een immer beminnelijke vent en beschikkend over een eindeloze woordenstroom. Ik heb stellig de indruk dat hij de voordrager versloeg, toen hij zonder schroom het podium betrad. Zijn stem was op het andere eind van Lemmer wel te horen, met zijn oude liedjes en zijn verhaaltrant. Het applaus sprak voor zichzelf.

Ondanks de tragiek, je blijft erin als hij vertelt over de twee tonnetjes waarmee meer dan honderd mensen "het moesten doen" in de buurt waar hij vroeger woonde. Eens stond hij te trappelen om één van de beide "etablissementen" te kunnen bezetten toen hij lang op een buurman moest wachten die de deur dichthield door zijn vinger op het haakje te houden. Toen hij zijn nood begon uit te kreunen, kreeg hij toegevoegd: "Skiet mar in dien broek"

Ook hun periode toen hij en zijn maat Durk als boeienkoning optraden (ik kan me dat herinneren) is het vermelden waard.
In Kuinre werd het matje gespreid, Sake bevond zich dan tussen het publiek en zorgde ervoor om de eerste te zijn om "De boeienkoning" vast te binden en dan natuurlijk op een manier waardoor deze gemakkelijk los kon komen. In Harlingen liep het echter mis. Toen hij te laat reageerde op de oproep aan het publiek door, zoals hij het uitdrukte, zijn gestotter om "ik" te roepen, hebben anderen zijn maat zó grondig vastgebonden, dat deze van zijn leven niet meer los kon komen, en moest worden losgesneden..... Na deze afgang hebben ze hun circusnummer maar beëindigd. Ze zijn uit Harlingen gevlucht.

In de namiddag kwamen veel Lemsters, die ter plaatse wonen, op bezoek waardoor ook op deze wijze de verbondenheid van Lemsters met hun dorp werd bevestigd. Buiten speelde het onverwoestbare "Excelsior" onder grote belangstelling, eindigend met het Friese Volkslied dat spontaan werd meegezongen. Een goede en mooie dag die opnieuw aantoont dat we niet achter de nevelen van het verleden terug kunnen gaan, maar het verleden leeft wel in ons.

Op de Vissersburen waar eens de Rien heerste, en het karakteristieke van het dorp zo prachtig markeerde, stapte ik in de auto.

Wim Rinsma.

En hier is mijn vader nog in een uitzending over Thialf van 1987 te zien, bij de wereldkampioenschap schaatsen allround 1987 die op 14 en 15 februari 1987 werd gehouden.


Na het overlijden van vader, kreeg ik zijn plakboeken, foto's en herinneringen mee. Hij vroeg altijd al tijdens zijn leven of ik hier iets mee wilde gaan doen, mocht er iets met hem gebeuren. Aan die belofte heb ik graag gestand gedaan en mede hierdoor is spanvis ontstaan. Op de foto een klein gedeelte uit vaders verzameling.


Vader zijn oudste dochter Barbara (Berbel), is na vader zijn overlijden gedichten gaan schrijven. Vele zijn uit haar pen gekomen, waarvan ook in de krant en tijdschriften zijn gepubliceerd. Maar onderstaand gedicht heeft zij speciaal door het overlijden van haar vader geschreven:

Voor nabestaanden

Nooit meer alleen
Altijd een schaduw om je heen
In vreugde, pijn of verdriet
Maar niemand die jou schaduw ziet

Waar je ook gaat of staat
Hij is altijd in je buurt paraat
Met veel liefde en geluk
Denk daaraan, dan kan je dag niet meer stuk

En heb je weer eens verdriet
En voel je je weer somber en alleen
Denk dan aan de liefde
Van de schaduw om je heen

Als je af en toe aan dit gedichtje denkt
Is het een kleine troost, wat het je schenkt.

Barbara Scholten-Visser

22 februari 1999 ging jij van me heen, zoveel gevochten,maar tevergeefs.
Jou, leven glipte voorbij, het kaarsje brandde op, beetje bij beetje verliet je ons.
Met jouw hand in mijn hand, je ogen die mij aankeken.
Oh wat mis ik jou nog steeds, jouw liefde voor mij was oprecht.
Je warmte en aandacht voor mij was echt, niets was jou teveel, je was een wereld vader.
En ik wil je laten weten, ik hou van je, nu en altijd, ik heb het getroffen met jou, jij bent er niet meer.
En dat doet zeer, maar ik ben dankbaar voor het leven wat je mij geschonken hebt, een leven vol liefde en geluk.
Je bent in mijn hart, en in mijn ziel, ook al heb ik veel verdriet een langere lijdensweg gunde ik jou niet.

"Vader je bent de liefste vader"

Je dochter Roelie.


Reactie plaatsen

Reacties

Henk Russchen
4 jaar geleden

Een heel mooi gedicht , werd er een beetje emotioneel van , m'n vriendinnetje Gea en toenmalige vriend Freek, het was een mooie tijd. ik wens jullie al het goede toe.
Groet Henk.

Roelie Spanjaard-Visser
4 jaar geleden

Dag Henk, dank voor je reactie, ontzettend aardig..en ja was zeker een mooie tijd toen. Ik wens jou ook al het goede toe, hartelijke groet van Roelie

Barbara Scholten-Visser
6 jaar geleden

Geweldig Roelie wat een mooie site heb je gemaakt over vader zijn levensverhaal, zo knap ik herken er veel dingen in. Deze site is voor mij niet te betalen, echt zoals vader was, wat een mooie herinnering. Wat was hij toch veelzijdig en hij stond met beide benen op de grond, arm of rijk, voor onze vader was een ieder gelijk recht is recht en krom is krom, recht op zijn doel af, dat blijkt wel bij het verhaal bij die notaris waar ik werkte als dienstmeisje, toen vond je het vervelend, maar hij had gelijk, dat begreep je toen je ouder werd, ik herken er veel in met eerlijkheid kom je het verst, het zal je niet altijd in dank afgenomen worden, maar je komt er wel het verste mee. De een heeft wat meer geluk dan de ander, maar je moet er wel zijn voor elkander. Roelie ben blij dat je mijn zus bent herken in jou ook veel dingen van vader, zo fijn, natuurlijk zal je van moeder ook dingen hebben daar ben je ook dochter voor ook genen natuurlijk van ieder wat, maar ik zie meer van vader in jou, maar moeder kon altijd goed schrijven en was rustiger, met meer geduld dus van ieder wat leuk hoor.