Ingezonden

Gita Helfferich: Ik heb een verslag toegestuurd gekregen van Wilbert van den Hengel, het gaat over een Duitse soldaat. De schrijver was tijdens de laatste Oorlogsdagen in dit deel van Friesland gelegerd, en beschrijft zijn laatste oorlogsdagen. Dit betreft ook Lemmer en omgeving.

Wilbert van den Hengel vertelt: Voor jaren (2001) kwam ik bij Berlijn een oude man tegen op mijn werk. Hij vertelde mij dat hij soldaat was geweest in onze omgeving bij de Duitse Wehrmacht. Omdat ik uit de Haule kom, kwamen we in gesprek en kreeg ik later een kopie van een verslagje hoe hij zijn laatste dagen als Duits bezetter toen heeft ervaren. Hij beschrijft zijn beeld van de oorlog in Z.O. Friesland. (Donkerbroek - Oosterwolde - Appelscha) In het tweede deel gaat het dan verder via Heerenveen, Langweer en Lemmer. Vandaag bij het opruimen weer gevonden en denk dat het hier hoort.

Wilbert vertelt verder..Ik had het gevoel dat hij het geen leuke tijd vond, maar wel goede herinneringen aan Nederland had. Hij moet dus als soldaat nog erg jong zijn geweest. Kan me nog herinneren dat hij blij was, dat het afgelopen was en dat vooral de laatste dagen bange dagen waren...


Het zijn in het Duits geschreven print screens..een verhaal wat voor onderzoekers interessant kan zijn.


Lupke Visser

Ingezonden: Cornelia Van Leeuwen-Visser, vertelt: Mijn vader Lupke Visser schipper en geboren in Lemsterland, woonde in de oorlog in Rotterdam en heeft met mijn moeder in het verzet gezeten. Hij heeft heel veel Joodse mensen bij de boeren onderduikadressen bezorgd waaronder mijn Opa de vader van mijn moeder. Omdat hij schipper was moest hij voor de Duitsers varen en moest zich steeds melden.

Op 9 januari 1944 werd hij met een overvalwagen van huis gehaald, had zich niet gemeld om bij de geboorte van mijn broertje 2 dagen ervoor te zijn. Op die dag was ik precies 2.1/2 jaar en vanaf die dag kan ik mij alles herinneren. In november 1944 kreeg mijn moeder een brief van Het Rode Kruis dat mijn vader was overleden, zij is gewoon doorgegaan met het verbergen van mensen, illegale blaadjes, geweren voor de ondergrondse enz.

In die tijd hebben wij verschrikkelijke honger geleden en als de Canadezen een week later waren gekomen hadden we het niet overleefd. Ik heb P.T.S.S. omdat ik als kleuter verschrikkelijke dingen gezien heb en geloofde ook niet dat mijn vader overleden was en heb van Mei tot September voor het raam gezeten om te kijken of mijn vader terugkwam.

Hij kwam terug uit een dodenkamp vreselijk gemarteld en op tijd bevrijd. Mijn ouders zijn nooit bedankt, maar voor mij zijn zij als onbekende bescheiden mensen de echte verzetsstrijders.

Cornelia.