Fokken- en kluiverstokken

Fokken- en kluiverstokken

De fok is het zeil aan de voorkant van de mast. De fokkenboom of fokkenstok (of vokkestok zoals Jan Siebold meestal spelt) is een losse dunne boom (meestal uit een spier) die ervoor dient de fok goed naar buiten te houden bij het voor de wind zeilen. Een andere naam voor de fokkenstok is de loet of vokkeloet. Ook die naam komt in het archief van de fa. Wed. S.J. de Vries voor.

Omdat de fokkenstok dunner is dan de giek of de gaffel, is hij ook minder duur. Visser Pieter Hans Poepjes betaalt in 1927 ƒ 4,90 voor een Vokkestok 24 vt m/klauw voor zijn Jonge Hans (LE 39). Dat is de oudste ijzeren aak ooit, in 1998 door Eeltjesbaes van der Zee in Joure gebouwd en voor f 1.800,- door Pieter Poepjes gekocht. De aak is een snelle zeiler die vaak als jager dienst doet, d.w.z. de op zee gevangen vis zo snel mogelijk naar handelaren vaart.

Gerrit de Blauw, visser op de ijzeren Lemster aak Noordster (LE 67), koopt in 1925 een vokkeloet voor ƒ 3,25. Hij weet heel goed hoe de loet te hanteren, want Gerrit zeilt wedstrijden met zijn snelle Noordster. In 1927 worden acht fokkenstokken verkocht, de gemiddelde prijs is dan ƒ 4,42.

De Verkoopboekhouding 1921-1927 vermeldt 26 kluiverstokken of -bomen of loeten. De prijzen lopen uiteen van ƒ 3,03 tot ƒ 7,50. De prijzen neigen naar beneden, met een opleving in 1926.

Een spriet is een boom die het grootzeil op schepen van bijzondere types de juiste vorm geeft om te kunnen zeilen. Op schepen met spriettuig is de spriet onder aan de mast bevestigd en houdt hij, schuin naar boven gericht, een vierhoekig zeil uit. Het bootspriettuigje, vok + zeil (waarde ƒ 15,-) die in 1925 op een koper liggen te wachten, kunnen voor een punter bestemd zijn.

Kluiver, de voorste

De kluiver is het voorste zeil op het schip. Het verheft zich boven de boegspriet. De mastmaker hakt een kluiverboom uit een juffer. Deze is bijna altijd van vuren-, zelden van grenenhout. Een kluiverboom heeft een dunner formaat dan een giek en is een uitneembaar rondhout dat ervoor dient de kluiver uit te halen. De lengte van de boom is sterk afhankelijk van het soort schip.

De kluiverboom naast de voorsteven op een botter

Aan de voorkant bevindt zich een schijf in de boom, achter zit er een metalen band of touwstrop om. De kluiver wordt ook wel kluiffok genoemd en de kluiverboom kluiffokstok; er is wellicht een verschil in dikte. In het archief komen ook de spellingen klufok- en kluwokstok voor. Smid J. van der Putten smeedt in 1899 voor Rinsje 1 Nieuw kransje voor om 1 kluifokstok voor 90 cent.

In de Verkoopboekhouding komt twee keer een kluiverboom voor. De Lemster visser Jan Mulder koopt er in 1922 een van 23 voet (=6,5 m.) ad ƒ 17,50 voor zijn schuit Jonge Philippus (LE43). Die is kleiner dan de kluiverboom met toebehoren van ƒ 31,25 voor het schip van zijn dorpsgenoot, de vrachtvaarder Franke Pasveer.

Lemsteraak De Groene Draeck, met grootzeil 73 m2, botterfok 47 m2, fok 31,5 m2 kluiver 30 m, jager 30 m2, kromme gaffel, giek met verdikking, lange boegspriet en masttop met trommelstok, scheerhout en vleugeljager.

Schets van boegspriet en zeilplan door Jan Siebold achterop een postwissel.

Prijsopgaaf voor een werf te Muiden

Een prijsopgaaf in klad uit 1902 voor de levering van kant en klare masten aan de Fa. H. Schouten, IJzeren en Houten Scheepsbouw te Muiden in Noord-Holland, geeft inzicht in de producten van de mastmakerij en werpt bovendien wat licht op de wijze waarop de weduwe een concurrerende prijs tracht te maken. Helaas is onbekend voor welk schip de masten bedoeld zijn. Wel is duidelijk dat Schouten het werk aan de Lemster mastmaakster gunt, want aan de offerte op het kladpapier voegt Rinsje toe: aangenomen 10 juli 02 voor 290.

De kladofferte van de weduwe De Vries volgt nauwgezet de brief van Schouten, die zich ook in de correspondentie bevindt en als volgt aanheft: Mejuf! Wij ontvingen gaarne prijsopgaaf van: Een mast lang 60 voet en dik 30 c.M. (op den bout)/Am. Grenen] gewone top “ ‘ ‘ 55 ” “ ” 30 “ ” gewone top. Met dezelfde details volgt dan de rest van het rondhout en het smeedwerk. De in de brief gevraagde en per offerte aangeboden producten volgen hier in schema, in de spelling van Rinsje:

De begroting van de mastmaakster toont dat er een scherpe prijs moet worden gemaakt, wellicht met het oog op de concurrentie. Rinsje voegt immers een korting in van ƒ 27,-. En Schouten weet er bij de aanname van de offerte nog ƒ 10,- uit te slepen. De twee kortingen samen bedragen ruim 12% van de aangenomen som

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.