Reitsma, Pieter

Pieter Reitsma, boer, geboren op 19 met te Birdaard, overleden op 18 augustus te Vught, zoon van Pier Reitsma en Lutske Visser. Gehuwd met Aaltje Mulder. Uit dit huwelijk 1 kind.


In de dagen, het was in de nacht van vierentwintig op vijfentwintig mei, overviel een commando landwachters een boerderij bij het dorp Lions in Baarderadeel. De bewoners van de plaats Pieter en Aaltje Reitsma, werden omstreeks één uur uit hun slaap opgeschrikt door luid gebel en gebons op de deuren.

Onmiddellijk begrepen zij, dat het Duitsers of landwachters waren. Boer Reitsma, haastte zich dan ook naar boven om een daar aanwezige onderduiker, de twintigjarige Henk Lever uit Sneek, te waarschuwen om zich te verstoppen. Met het openen van de voordeur treuzelde de boer zo lang mogelijk, opdat zijn jonge gast zich uit de voeten kon maken.

Maar de landwachters sloegen een ruit in en een moment later stonden er al verscheidene kerels, met of zonder uniform in huis. De onderduiker Henk Lever, een telg uit een echt verzetsgezin, volgde het advies van de boer om zich te verstoppen niet op, maar ontvluchtte in z'n onderkleren de belegerde boerderij. Zo rende hij door de achterdeur, waar zich evenwel een van de landwachters had opgesteld, de Leeuwarder Sije Enne Koopmans, een restauranthouder aan de Nieuwestad.

Na een waarschuwend pistoolschot keerde de vluchteling zich om en liep in de richting van de landwachter. Die richtte zijn wapen toen op z'n slachtoffer en schoot hem neer. "Ik ben geraakt" kreunde de jonge Lever, terwijl hij zijn hand onder het hart hield - teruggebracht in de boerderij verloor hij het bewustzijn.

Bij het doorzoeken van de boerderij vonden de overvallers daarna een verborgen radiotoestel. Zij arresteerden de boer, die met een auto naar Leeuwarden werd gebracht. Ook de aangeschoten Henk Lever ging naar Leeuwarden; na onderzoek door een ijlings gewaarschuwde arts werd hij naar het ziekenhuis vervoerd.

Zo kwam boer Pieter Reitsma in Leeuwarden in het Huis van Bewaring terecht om door Lammers verhoord te worden. En die moet om de een of andere reden, verondersteld hebben, dat hij een grote vangst had gedaan - hij zal hechte banden hebben vermoed tussen Reitsma en de illegaliteit.

Terwijl Pieter Reitsma pas gevangen zat, deed zich het tragische geval voor, dat diens vader overleed. Toen Mevr. Reitsma, dit twee dagen na de arrestatie met haar man wou bespreken, werd haar door Lammers de toegang tot het Huis van Bewaring ontzegd. Ook kreeg zij te horen, dat haar man de begrafenis van zijn vader niet zou mogen bijwonen.

Daarop stelde de boerin zich in verbinding met een goede kennis, de manufacturier R. Tjerkstra van de Nieuwestad, om haar man toch vrij te krijgen. Op zijn beurt schakelde de heer Tjerkstra de advocaat mr. P.T. Van de Herberg van de Troelstraweg in, waarna contact werd gezocht met de S.D.-er Zacharius Sleyfer.

Sleyfer, die alleen van Tjerkstra had gehoord, dat Pieter Reitsma gearresteerd was om een verborgen radiotoestel, zegde onmiddellijk zijn medewerking toe en belde in het bijzijn van de heer Tjerkstra een S.S. opperhoofd in Groningen, de Untersturmführer Knorr.

En voor hem diste de Leeuwarder S.D.-er toen een mooi verhaaltje op met het smoesje, dat hij Pieter Reitsma, persoonlijk kende, dat die een grote boerderij bezat en maar een lichte overtreding had begaan - het niet inleveren van een radiotoestel.

De Untersturmführer antwoordde dat als het waar was van die grote boerderij, Reitsma dan maar tegen betaling van een boete van vijfduizend gulden in vrijheid moest worden gesteld. Daarop begaven Sleyfer en Tjerkstra zich naar het Huis van Bewaring om de zaak verder met Pieter Reitsma te bespreken. En die hapte onmiddellijk toe. Via Mr. Van de Herberg, werd het geld nog diezelfde dag keurig tegen afgifte van een kwitantie, aan Sleyfer in het Weeshuis overhandigd. Zelf schreef Sleyfer daarop een opdracht tot vrijlating en zo keerde Pieter Reitsma na enkele dagen gevangenschap alweer op zijn boerderij in Lions terug.

Maar wat gebeurde er de volgende dag? Toen begaf Fransoos Lammers zich naar het Huis van Bewaring om zijn gevangene Pieter Reitsma verder te verhoren. Daar ontplofte de S.D.-er van woede, toen hij begreep dat de vogel gevlogen was.

Het duurde ook maar even of hij wist dat Sleyfer hem deze poets had gebakken. De geslepen Lammers zette toen alles op alles om Reitsma weer in handen te krijgen. Hij riep ook mr. Van de Herberg ter verantwoording en zei hem dat Sleyfer arrestatie en opsluiting wachtte, wanneer die zich ooit nog eens met zijn zaken zou bemoeien.

Nog maar een paar dagen was Pieter Reitsma vrij, toen hij een telefoontje kreeg, dat hij zich voor het verstrekken van enkele inlichtingen nog even moest melden bij de Sicherheitsdienst. Na overleg met de heren Tjerkstra en Van de Herberg, besloot Reitsma dat ook te doen, hoewel de advocaat hem voorspelde dat er zeker negentig procent kans was, dat ze hem dan zouden vasthouden. Vrees voor het inbeslagneming van zijn boerderij moet Reitsma tot zijn moeilijke besluit hebben gebracht.

Zo kreeg Lammers zijn slachtoffer wéér in handen en hoe slecht het er nu met hem voor stond moet hij begrepen hebben tijdens het volgende, vier uur durende verhoor. Onder zware bedreigingen met een revolver op tafel, dwong de verraderlijke Lammers zijn prooi tot verschillende bekentenissen.

Herhaaldelijk met gebalde vuisten op de ondervraagde toesnellend, brulde de S.D.-er "Meen jij nu werkelijk, dat je voor vijfduizend luizige guldens, de kans kreeg je vonnis te ontlopen?..Geen sprake van vriend. Ik heb die vijfduizend teruggegeven. Al maakte je er tienduizend van, dan nog niet. Zo'n vangst als jij laten we niet weer los. Per maand één zo'n vangst als jij en wij zijn hier ruimschoots tevreden!"

Onder bedreiging en helemaal murw gemaakt ondertekende Pieter Reitsma tenslotte een protocol, waarin hij bekende dat hij zelf en anderen naar de radio hadden geluisterd, dat hij illegale lectuur had doorgegeven, dat hij geld had gegeven voor illegale acties en tenslotte dat hij een illegale werker in huis had gehad, terwijl hij wist dat die een vuurwapen had.

Zodra Pieter Reitsma, na nog heel wat aarzelen, zijn handtekening op papier had gezet, werd Fransoos Lammers de vriendelijkheid zelf. Hij zei dat Pieter hiermee het verstandigst had gehandeld en dat hij nu niet meer verhoord zou worden.

Bijna drie maanden bleef Pieter Reitsma nog in Leeuwarden in gevangenschap. Op zestien augustus bracht men hem over naar het concentratiekamp Vught. Daar werd de ongelukkige Pieter Reitsma, twee dagen later, tegelijk met verscheidene andere verzetsstrijders, gefusilleerd. Ook zijn onderduiker Henk Lever, verloor op dat moment zijn jonge leven.

De fusillade moet een represaille zijn geweest voor het liquideren op vijftien augustus van twee Duitse S.D.-ers in Birdaard en voor een (mislukte) aanslag op het leven van Zacharius Sleyfer in Leeuwarden op de dag ervoor.

De meest opmerkelijke bezoeker, die de gewonde Sleyfer in het ziekenhuis aan zijn ziekbed kreeg was de inmiddels weer met hem verzoende Fransoos Lammers. Hij kwam zijn kameraad-in-het-kwaad vertellen, dat er in Vught een groot aantal 'terroristen' waren doodgeschoten.

"Ook jouw boer Reitsma was daarbij" zei hij met onverholen genoegen....

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.