Familie Bouwhuis |9|
Generatie 18
252.372. Riuerdt Aggez Albada, Ridder, zoon van Agge Riurdz Albada en niet genoemde moeder. Geboren omstreeks 1350, overleden 1423 te Goënga op de stins van Vryeborch ofwel Albadahuys, begraven in het Klooster van Anjum. Hij trouwde met Magdalena Ziaerda, uit dit huwelijk: Sicke Ruyrdts van Albada (zie 126.186)
252.373. Magdalena Douwes Ziaerda (Sjaerdema), geboren te Franeker omstreeks 1353, dochter van Douwe Sickes Sjaerdema en Katryn van Roorda. Overleden in 1424 in het Zyaerdahuys gelegen onder de clockeslag van Franeker, begraven in het klooster van Anjum. Moeder van Sicke Ruyrdts van Albada (zie 126.186)
252.374. Rienck Poppingha, ook wel Popma of Poppama genaamd was een rijk man, samen met zijn vrouw bezat hij 16 stinsen. Hij was de stichter van de kerk te Poppingawier. Hij was in vrouwelijke lijn een afstammeling van de graven van Holland, in mannelijke lijn waarschijnlijk een nakomeling van de Heren van Terschelling. Hij trouwde met Tjets Ruyrdts Rotterda, uit dit huwelijk geen zonen, wel de dochter: Catharijn Riencks Popma (zie 126.187)
252.384. Epe Douwes Aylva, geboren omstreeks 1350, zoon van Douwe Aylva en onbekende moeder. Hij woonde te Witmarsum en is overleden na 1416. Van Epe zijn 2 kinderen bekend met onbekende moeder: Catharina Epes Aylva en Tiaerd Epes Aylva (zie 126.192)
252.388. Hobbe Gerbranda, geboren omstreeks 1350, ouders onbekend. Hij woonde op Gerbrandastate te Almenum. Hij trouwde met Katarina Wiarda.
Uit dit huwelijk:
1. Wilbrand Gerbranda (Hermana) (zie 126.194)
2. Tjets van Gerbranda.
3. Edwert Hobbesdr van Gerbranda, zij trouwde (1) met Goffe van Sjaerda (Sjaerdema), met wie zij woonde op Sjaerdemahuis te Franeker. Uit dit huwelijk:
3.1. Ebel van Sjaerda, overleden na 1467. Zij trouwde met Sjoerd van Popma, van Terschelling, overleden voor 23 juni 1467, zoon van Poppe van Popma.
3.2. Sicke van Sjaerda, hij trouwde met Both van Hobbema, zij kregen 3 kinderen waaronder Edwer van Sjaerda die trouwde met Douwe Tjaerts van Aylva, zoon van 126.192. Tiaerd Epezn Aylva, na zijn huwelijk nam Douwe de naam Sjaerda aan.
252.390. Lolle Ockinga, geboren omstreeks 1360 te Burgwerd, zoon van Epe Ockinga en onbekende moeder. Hij trouwde met Bauck Ndr. Uit dit huwelijk:
1. Gerlant Ockinga (zie 126.195)
2. Geel Ockinga, zij trouwde met Upcke Riencks, zoon van Renick Burmania. Zij woonden te Hitzum, Franekeradeel.
3. Epe Ockinga, hij trouwde met Trijn Hesseldr., zij woonden in Burgwerd.
252.391. Bauck Ndr., moeder van Gerlant Ockinga (zie 126.195)
Generatie 19
504.744. Agge Riurdz Albada, zoon van Riurd Sickes Albada en onbekende moeder, overleden te Goënga na 1382. Van Agge zijn 3 kinderen bekend, hun moeder wordt niet genoemd.
1. Here Albada, was getrouwd met Mary Jungema. Hun dochter His trouwde met Lolle Ockinga, beiden begraven te Burgwerd.
2. Riuerdt Aggez Albada (zie 252.372)
3. Siouck Albada, zij trouwde met Take Regnalda, beiden overleden in 1413 en begraven te Thabor. Hun enige dochter Tiets trouwde met Riurd Roorda.
504.746. Douwe Sickes Sjaerdema, geboren Franeker ca 1328, zoon van Sicke Sjaerdema en Edwert. Overleden te Franeker in 1416, vader van Magdalena Douwes Sjaerdema (zie 252.373)
504.747. Katryn van Roorda, geboren in Tzummarrum, overleden te Franeker en begraven te Anjum. Ouders onbekend, moeder van Magdalena Douwes Sjaerdema (zie 252.373)
504.750. Ruyrdt Rottaerda, geboren omstreeks 1325, trouwde met Wyts Benedixma, uit dit huwelijk: Tyets Rotterda van Deersum (zie 252.375)
504.768. Douwe Aylva, geboren te Witmarsum. Ouders onbekend. Overleden na 1370. Vader van Epe Douwesz Aylva (zie 252.384)
Van der Aa schrijft:
504.780. Epe Ockinga, geboren omstreeks 1330, zoon van de verder onbekende Lolle Ockinga en onbekende moeder. Hij woonde op Ockinga State te Burgwerd. Vader van Lolle Ockinga (zie 252.390)
Generatie 20
1.009.488. Riurd Sickes Albada, zoon van Sicke Albada en onbekende moeder. Van Riurd zijn 2 kinderen bekend, hun moeder wordt niet genoemd.
1. Agge Ruyrdts Albada (zie 504.744)
2. Site Albada, zij trouwde met Hille Pierz Bonninga. Uit dit huwelijk één dochter, Perck Bonninga, die trouwde met Foppe Siaerda.
1.009.492. Sicke Sjaerdema, geboren Franeker ca 1290, gesneuveld in de Slag bij Warns op 17 september 1345, in de oorlog tegen de Hollanders. Sicke Sjaerdema is waarschijnlijk een nakomeling van Sicko Sjaerdema. Hij was getrouwd met Edwert, waarmee hij woonde op Sjaerdemahuys te Franeker. Uit dit huwelijk: Douwe Sickes Sjaerdema (zie 504.746)
Gedenksteen Slag bij Warns
De Slag bij Warns was een veldslag tussen graaf Willem IV van Holland en de Friezen, september 1345. De Hollanders, onder wie ook Willems oom, hertog Jan van Beaumont, voeren vanuit Enkhuizen met een vloot de Zuiderzee over en landden bij Stavoren en Laaxum. Ze wilden het Sint-Odulphusklooster bij Stavoren gebruiken als vesting. De Hollandse ridders droegen een harnas, maar hadden geen paarden, omdat daarvoor geen ruimte was aan boord van de schepen, die waren volgeladen met werkvolk, bouwmateriaal, en voorraden. De troepen van graaf Willem staken het verlaten Laaxum en Warns in brand en trokken op naar Stavoren.
Bij Warns werden ze aangevallen door de plaatselijke bevolking. Door hun zware harnassen waren ze geen partij voor de woedende boeren en vissers. De vluchtweg die de ridders kozen, leidde naar het Rode Klif. In het moerassige landschap bij het klif werden de Hollanders verpletterend verslagen. Ook graaf Willem kwam tijdens de slag om het leven. Toen de troepen van de hertog van Beaumont in Stavoren hoorden wat er was gebeurd, vluchtten ze naar de schepen, achtervolgd door de Friezen. Slechts een kleine groep overlevenden kwam in Amsterdam aan.
Op het Rode Klif bij Warns bevindt zich sinds 1951 een monument, een grote zwerfkei met de tekst: “leaver dea as slaef” (liever dood dan slaaf). De weg naar Scharl wordt door de plaatselijke bevolking nog altijd de ferkearde wei genoemd (de verkeerde weg), omdat dit de weg was die de Hollandse ridders kozen, wat tot hun ondergang leidde.
Naast het Sjaerdemahuis, het tegenwoordige Camminghahuis, bezaten de Sjaerdema's nog een tweede Stins in Franeker. Deze tweede heette "het Slot op Kalehay", de kale hoogte, gesticht door Edwert Sjaerdema en haar man Douwe van Aylva (zoon van 126.192) tussen 1446 en 1449.
Sjaerdema-slot
Het Sjaerdemaslot was een waterburcht, de burcht domineerde de stad en dit werd nog versterkt toen het westerbolwerk om het Sjaerdemaslot heen aangelegd werd en het kasteel een soort citadel werd.
Er is een spionagerapport bewaard gebleven in opdracht van Karel de Stoute, hertog van Bourgondië en graaf van Holland, opgesteld. Willem Salomonsz. meldt daarin in 1468 dat Franeker een versterkte stad met grachten en houten poorten was en dat er een slot was waar jonge Douwe (Douwe van Aylva) woonde en "die welcke die van den stadt obediëren vor horen here".
Edwert Sjaerdema, in 1481 weduwe geworden, bewoonde het slot tot 1510. Intussen was zij gedwongen geweest het in 1498 af te staan en aan de Hertog van Saksen, die er zijn hof en zetel vestigde, waarom haar erven nog in 1531 hiervoor en voor het gebruik van hare " artillerye, munitie ende meubelen", 13.000 ponden schadevergoeding van Keizer Karel eisten. Bij haar testament had zij het huis vermaakt aan de dochter van haar overleden zoon Tjaard, Luts Sjaerdema, gehuwd met Gerrolt van Herema, die het tot 1536 bewoonde, vervolgens ging hun dochter Edwert er wonen. Deze was gehuwd met Aesge van Hoxwier, grietman van Franekeradeel, en in 1546 door Keizer Karel benoemd tot Ridder van het gulden vlies.
Zij vermaakte het slot aan de twee kinderen van haar zuster Luts, getrouwd met Minne van Camminga, waarvan een dochter Luts het bewoonde met haar echtgenoot Carel van Sternzee, na wiens overlijden in 1615 hun aangenomen zoon Bocke van Humalda, genaamd Sternzee, het een tijdlang betrok. De eigendom was echter overgegaan op de dochter van haar broer Gerrolt, Edwert van Camminga, gehuwd met Ruurd van Juckema. Omdat deze, evenals zijn zoon en opvolger Gerrolt van Juckema, ook eigenaar was van het slot Cammingaburcht bij Leeuwarden, waar zij allebei woonden, werd het Sjaerdemaslot verhuurd. In de zomer van 1629 werd het slot verhuurd aan de Franse filosoof René Descartes die er 3 jaar bleef.
Gerrolt van Juckema laat het slot na aan zijn enig kind Eduarda Lucia, die getrouwd was met Duco Martena van Burmania. Duco Martena is ook eigenaar van Epema-State te Ysbrechtum. Hun kleinzoon Duco Gerrolt van Burmania verkoopt de Stins vóór 1725 op afbraak, omdat het zeer bouwvallig was geworden.
1.009.493. Edwert, was getrouwd met Sicke Sjaerdema, moeder van Douwe Sickes Sjaerdema (zie 504.746)
Generatie 21
2.018.976. Sicke Albada, ouders onbekend, zou een afstammeling zijn van de Hollandse graven. Volgens een oorkonde uit 1409 had Sicke 3 kinderen wiens moeder niet genoemd wordt:
1. Aesge Albada
2. Riurd Sickes Albada (zie 1.009.488)
3. Butke Albada, getrouwd met Aucke Hillez Bonninga.
Sicke heeft in 1374 recht op inkomsten uit de grafelijke tol bij te Staveren. Dit recht had hij verkregen van Alaert Simonsz die ze op zijn beurt had geërfd van zijn vader Simon Alardsz, die er in 1334 door de graaf mee was beleend. Behalve rechten te Staveren heeft Sicke waarschijnlijk ook in de omgeving van Sneek een machtspositie. Samen met zijn neef Feicke Sickinga dreigt hij de Hamburger kooplieden die de tol niet betaalden te water en te land schade toe te brengen.
Sicke woonde waarschijnlijk te Goënga, ten noorden van het dorp lag de Albadastate. Evenals bij Sickingastate lag ernaast een stinswier, een herinnering aan de militaire machtspositie van vroegere bewoners.
Sicko Sjaerdema.
Het is niet bekend wie de ouders waren van Sicke Sjaerdema (1.009.492). Waarschijnlijk is hij een (achter)kleinzoon van de in 1260 overleden Sicko Sjaerdema, die de 8e potestaat van Friesland was. Deze Sikko, Sikke of Sicka Syarda (Sjaerdema, Sjaardema) kwam uit IJlst en werd in 1237 tot Potestaat gekozen.
Graaf Willem II van Holland bood Sicko de (erf)heerschappij over de Frieslanden aan, dit aanbod wees hij af. De antwoordbrief van Sicko aan Graaf Willem II van Holland en Rooms Koning, geschreven in oud Fries, getuigt van grote verontwaardiging, de tekst is te vinden in de Winsemius Kroniek.
Een stukje in vertaling (vertaler onbekend):
- “Grootmagtige Koning ! Wil u niet te vergeefs vermoeijen; meent gij dat ik, om mij en mijn geslacht te verheffen, een verrader wil zijn, en de nakomelingen van die vrijheid berooven, welke onze Voorouders boven alle goederen geschat hebben ? Verre zij van mij een geldgierig en oneerlijk hart! Vaarwel! En wil mij met uwe brieven niet meer begroeten in dier voege, want ik wil na dezen geene van u ontvangen. Uit onzen huize Sjaardema den 9 Augustus 1239.”
Juni 2015.
Doorke Rijpkema.
Als aanvulling op bovenstaande kwartierstaat van Tiemen Bouwhuis volgen hieronder nog 7 bijlages met parentelen van in de kwartierstaat genoemde voorouders:
Bijlage 1 Parenteel van Hendrik Tiemens & Jantje Jans, in kwartierstaat Bouwhuis voorouders 18 en 19 Families de Jager, Bosma en van Schoot.
Bijlage 2 Parenteel Jacob Gerrits v.d. Hoff & Harmke Lammerts, in kwartierstaat Bouwhuis voorouders 22 en 23 Families van der Hoff en Huitema.
Bijlage 3 Parenteel van Cobus Annes Hollander & Janke Teyes, in kwartierstaat Bouwhuis voorouders 24 en 25 Families Bosma, Beljon, en ook van Asma.
Bijlage 4 Parenteel van Yde Bruins & Fenne Gerrits, in kwartierstaat Bouwhuis voorouders 26 en 27 Families Nijholt, Wierdsma, en ook Agricola.
Bijlage 5 Parenteel van Bruyn Johannes & Sjouk Ydes, in kwartierstaat Bouwhuis voorouders 52 en 53 Families Agricola, Hofmeyer, Sterk, Engwerda
Bijlage 6 Parenteel van Hoyte Klazes & Teatske Sybes, in kwartierstaat Bouwhuis voorouders 58 en 59 Families van der Hoff, Huitema, de Lange, Molenaar, Rijpkema, Zonderland.
Bijlage 7 Parenteel van Riemer Ruurds & Acke Meynerts, in kwartierstaat Bouwhuis voorouders 122 en 123 Families Rijpkema, Meyer, Nijholt, de Lange, Bosma, Zonderland.
Bronvermelding:
Will Visser – Pelsma, kleindochter van Tiemen Bouwhuis en Meintje Sterk.
Databases van:
- Tresoar
- allefriezen.nl
- Genlias
- Stamboomzoeker.nl
- r.k. archief Bolsward
- Graftombe.nl
- wiewaswie
- watwaswaar
Genealogische jaarboeken
* Fryske Akademy: Schoolmeesters in de loop der tijden.
*¹ huizekuipers
*² simonwierstra / Hoytema
*³ Stamboom Griffioen Jellema Friese Adel
Reactie plaatsen
Reacties